Als een steenarend naar beneden

Op de briefing gisterenavond werd de etappe van vandaag de ‘lichtste etappe’ van deze Transpyr genoemd. Nu hebben Kroki en ik door de jaren al genoeg meegemaakt en bij dergelijke uitspraken zijn we juist nog meer op onze hoede. De start vanuit Ainsa op een gravelweg langs de rivier Ara is een druk en nerveus gewriemel van 300 bikers die niet alleen snel aan de finish willen zijn, maar bovendien de ontelbare plassen ten gevolge van de hevige regen vannacht willen ontwijken. Je hebt dus al je aandacht en vier ogen nodig om niet in elkaar, niet elk slijkgat mee te pakken en je buurman niet in de rivier te keilen. En dan plots noodstop.

Het hele peleton inclusief het busje van de koersdirecteur staan stil. We mogen schaapjes tellen, want Manuel, de locale herder, heeft net dit moment gekozen om met zijn kudde van 250 vers geschoren schapen langs de rivier te gaan wandelen. Er worden in de rapte wat Spaanse afspraken gemaakt, kunnen we even later verder en valt even later ook onze kudde stelselmatig uit elkaar. Eerste highlight van de dag is de doortocht door een verlaten, vanop de grote weg amper zichtbare oude stad. Of beter gezegd de overblijfselen ervan, want er resten enkel ruines. De aardekleurige stenen muurtjes temidden van het sappig groene gras in het warme ochtendlicht doen me onmiddellijk aan Machupichu denken, ook al ben ik daar nog nooit geweest. Mijn fotovinger jeukt onophoudelijk.

Vanaf de eerste bevoorrading tot aan het hoogste punt van de dag ligt een klim van in totaal 27 kilometer en er valt niet veel over te vertellen. Voornamelijk boswegen met ondergrond die we kennen van onze Belgische Ardennen: modder, plassen en dus glibberig. In vergelijking met gisteren niet veel soeps, dus. Maar niet getreurd want de climax moet nog komen en die krijgen we op de top gepresenteerd: een verbluffend panorama met besneeuwde bergtoppen in de verte. En dan moeten we de steile bergflank af om bijna 1000 meter lager in de vallei te geraken. Zoals aangekondigd bij de briefing worden we verplicht om de eerste honderden meter te voet af te leggen. Men wil blijkbaar geen enkel risico lopen om straks een of andere biker uit de ravijn te moeten gaan hijsen. Maar ook te voet is dit paadje met zijn groen-gele vegetatie een schitterend gezicht. Zordra we opnieuw de fiets op mogen wacht ons een bij momenten technische, wild slingerende singletrail die geen ophouden kent. Als een steenarend storten we ons naar beneden en slingeren dat het een lieve lust is. Super uitdagend, ongeloofelijk leuk, maar o zo zwaar voor armen en handen. De schokken, het veelvuldig remmen en balanceren op de fiets vergt bergen energie en mijn handen zijn dan ook haast gevoelloos wanneer we zonder ongelukken de tweede bevoorrading bereiken. Wat een afdaling!!

Tot aan de finish is het parcours gevarieerd met soms goed lopende stukken, dan weer lastige beklimmingen op losse stenen en ook nog enkele snoepjes van singletrails. Al bij al vandaag toch een interessante dag, gelukkig opnieuw zonder regen. Jaca (uitgesproken als Hacca) is een vrij grote stad met een immens vijfhoekig fort. Van hieruit starten we morgen de voorlaatste rit. De Oceaan komt langzaam dichterbij.

Pepe